logo Standfast 64

Without plan there can be neither grandeur of aim and expression, nor rhythm, nor mass, nor coherence

(Le Corbusier)

DE OPDRACHT EEN STANDFAST 64

Bouwheer Gerard Cok wordt gevonden in de lange lijst oud-klanten van de werf. Publiciteit maakt Standfast Yachts bijna niet, blaadjes van drie lokale zeilclubs daargelaten. Gerard, een zakenman die enkele jaren vaart en super tevreden is met een tweedehands gekochte Standfast, heeft de weg naar de werf gevonden. Hij heeft van een groter jacht gedroomd, omdat hij de Pollux, een dergelijk schip van Standfast gezien had. Gerard zit omstreeks kerst 1999 in het kleine kantoortje bij Frans vaag die wens te uiten. Er is kans op een akkoord als zijn ideeën kunnen samengaan met de opvattingen van de werf. Als een no-nonsens schip om écht te zeilen, en bestand tegen de ruwe zee in zijn verwachting ligt. Het klikt dit keer.

Een schip zonder concessies aan de degelijkheid, zoals het bij Maas trouwens ook geldt moest het een racer zijn. Zeilschepen moeten nu eenmaal de zee op en daar heersen onverbiddelijk de elementen. Het zal dus in eerste instantie zwaar genoeg gemaakt zijn, om pas nadien gewicht te sparen waar dit kan. De Standfast-politiek is zo dat de mensen zaken nodig hebben, een bed, vuur om te koken, een koelkast, dat kan, maar wasmachines, boeg en hekschroeven of elektronica moeten minimaal zijn. Feestelijk varen ligt vooraan. Ook het aspect, voor de trots op het eigen bezit. Het moet mooi zijn om te zien, goed in onderhoud en gebruik. Het doel is ermee te varen op zee en daar plezier aan te beleven. Velen denken dat het zeilen pas comfortabel wordt met een waslijst technische accessoires aan boord, terwijl Standfast ervan overtuigd is dat dit niet zo is. De markt zegt: kopen maar, kopen maar, terwijl die dingen vooraf maar last gaan veroorzaken. Het mag geen huis worden, een schip kan geen huis zijn.

Dat botst wel eens met de opvattingen die de klant, vaak een gevolg van eerdere ideeënwisseling met andere ontwerpers heeft. Het is dan lastig hem naar het Standtast-principe te loodsen. Maar hij koopt geen machine, hij koopt een droom waarin onzichtbare machines zitten.

Te veel of verkeerd gemaakte onderdelen, dat merken ook de timmerlui van de reparatieafdeling. Ook zij, zelfs die met weinig zeilervaring, vinden het stuitend om er herstellingen aan te doen. Sommige problemen kunnen niet goed opgelost worden en ze hebben er een gruwelijke hekel aan om daaraan te werken. Het meest gehoorde woord is dan 'Wat een rotzooi! Hoe kan je nu zoiets zo maken?" En dat is typerend voor de mensen die hier werken.

De wensen van Gerard Cok gaan naar een licht schip. Dat zal daarom een sandwich-constructie uit cellendicht schuim worden, aan beide kanten met carbonvezel belegd. De binnen en buitenlaag zal, eens vacuüm getrokken, met epoxyhars worden gevuld. Het schip zal 19,70 meter lang worden en zowat 23 ton wegen, waarvan 9 ton loodballast. Voor de binneninrichting wil Gerard een dubbel aspect; salon en kombuis in warm teakhout, de overige delen koel modern, strak geschilderd in lichte kleuren.

Benevens de romp zelf zullen ook de Hall Spars mast, de giek en de overige rondhouten gemaakt worden uit koolstofvezel en epoxy composiet. Stevig uitgerust met een intrekbare hydraulische Max Power boegschroef, Lewmar elektrische lieren, hydraulische genua-reefinrichting van Reckmann, drie airco-units van Marine Air en een Kohier generator moeten toch alle technische ruimten goed bereikbaar blijven voor onderhoud en inspectie.

Daarvoor maakt Frans Maas op de tekentafel een aantal schetsen die leiden tot het ontwerp van een lichtgewicht, gemakkelijk te bevaren zeiljacht met krachtig en toch elegant uitzicht. Het dek en de zeilopstelling beloven zeewaardigheid, prestatie en eenvoud. Uco Sonnenberg, een kei in cad (computer aided design) kan zijn jarenlang HTS-opleiding nu concretiseren. Hij stopt met een zekere vrijheid de visie van de alerte, naast hem zittende meester in de computer. Maar Frans let erop dat de voort-varendheid van de jeugd niet leidt tot bedenkelijke probeersels. Twee weken later hebben ze het boven- en zijaanzicht van het interieur klaar. De eerste tastbare materie van wat een droom was. Zowat alles staat er op, netjes naar maat en duidelijk gekleurd. De vloeren zijn lichtbruin, de schotten zwart, de deurtjes rood, de meubelen bruin met houtnerf, de zetels blauw. Gerard, tot dan onbekend met technische tekeningen kan nu zien waar hij kan lopen. Waar zitten, waar baden of koken, waar staat de airco, alles in één oogopslag. Hoe groot is de keuken, en kunnen er rond de tafel wel degelijk acht eters?

Op basis hiervan wordt de koop gesloten, alhoewel er nog weinig bepaald is. Het kan nog alle kanten uitgaan. Directeur en projectleider Ing. Robert Tan zal de financiële kant gaan bekijken en er wordt straks over geld gesproken. Termijnen, voorschotten, garanties, inruil van het oude schip of geen inruil. Maar als hij de koper in de woning van Frans lachend in de voortuin ziet stappen, weet hij reeds dat het bingo is!

Er volgt een lange periode van bezinning. Wat wil Gerard, wat wordt hem opgedrongen? Bevalt hem de politiek van de werf? Is het nu dát wel wat hij eigenlijk wenst? Gewoonlijk neemt deze fase meer dan een half jaar in beslag. Telkens wordt op iets anders gefocust. Getwijfeld, uitgeveegd, gewijzigd, genegotieerd. Het gaat hier wel om veel geld, maar dat is niet de voornaamste oorzaak. Om allerlei redenen kunnen de meeste klanten geen besluit nemen.

Het ontwerp

Onze klant, Gerard Cok, is een man die weet wat hij wil. Hij luistert, is duidelijk en weet te beslissen. Hij heeft al meer werven bezocht, Swan, X-Yacht en andere. Hij kiest voor Standfast, de duurste. Waarom? In mei 2000, al na vijf maanden en dat is uitzonderlijk snel, zijn beide partijen het eens. Nihil obstat, laat ons eindelijk bouwen! Meer dan een dozijn mensen zullen er ruim een héél jaar mee bezig zijn.

Er wordt een bouwovereenkomst gemaakt met alle te voorziene items en hun aantallen, merken, materialen en kleuren. Zijn het elektrische of hydraulische lieren? Welke soort roestvast staal of brons? Is de mast ook uit koolstofvezel? Het wordt een boek met 60 â 70 pagina's tekst. Als het onderwatergedeelte bepaald is, roer en kiel vorm hebben gekregen, komen ze met een Excel-spreadsheet op 23 ton. Een betrouwbaar idee van gewicht of waterverplaatsing. De strokende vormgeving volgt uit de Fast Ship software. Het zwaartepunt ligt gelijk met het drukkingspunt van de romp. Geleidelijk werken ze naar boven. Daarna krijgen dek en kuip hun stijl. Frans wil dan hier en daar iets boller of slanker, wat omlaag of juist hoger.

Eens bekeken in perspectief en goed bevonden kunnen de uitgetekende schotten op hun plaats en tekenen ze de uitsnijdingen voor deuren. Pas als iedereen zeker weet dat het inderdaad zó kan gemaakt worden, dat dit interieur past in dit schip, gaat alles naar de computer gestuurde freesmachine, voor de verdere Cam (computer aided manufacturing). Een toeleverbedrijf freest het zo heel secuur uit. Enige weken later liggen die schotten op de millimeter juist in de werf.